Paragrafen

Lokale heffingen

De ontwikkelingen en de tariefaanpassingen van de gemeentelijke heffingen worden beheerst door het vastgestelde tarievenbeleid en (ontwikkelingen) in de wetgeving. Bij de feitelijke tariefvaststelling spelen meer factoren mee: de werkelijke lasten en baten van het vorige en lopende exploitatiejaar, de areaaluitbreiding en de afhandeling van bezwaarschriften tegen de waardebeschikking WOZ.

De beleidsontwikkelingen en financiële kaders in de Perspectiefnota 2024-2027 zijn de uitgangspunten voor de lokale heffingen. Er wordt een inflatiepercentage van 4,2% gehanteerd.

Bij heffingen en rechten die de kosten van de activiteiten moeten dekken, wordt uitgegaan van 100% kostendekking. In de Perspectiefnota 2019 is besloten dat de kostendekkendheid van de leges omgevingsvergunningen met ingang van 2021 te verhogen. In 2024 is de reguliere indexering van 4,2% toegepast. Alle tarieven staan in de Belastingverordeningen 2024, die separaat aan de raad zullen worden aangeboden.

De ontwikkeling van de lastendruk 2024 ten opzichte van 2023 is als volgt:

Overzicht bruto lastendruk

Lastendruk 2023

Lastendruk 2024

Verschil

Huishouden

Huishouden

Totaal

Index 4,2%

Overig

Aanslag OZB

304

317

13

13

0

Aanslag Rioolheffing

179

184

5

8

-3

Aanslag Afvalstoffenheffing

395

385

-10

17

-27

Verschil t.o.v. 2023 in euro

8

Verschil t.o.v. 2023 in %

0,88%

De stijging van de lastendruk van € 8 wordt voor € 37 door een stijging van de lastendruk door het inflatiepercentage van 4,2%. Daarnaast is er een daling van de lastendruk van € 29. Deze betreft een daling van € 3 bij de rioolheffing door achterblijvende investeringen en meer aansluitingen. En een daling van € 27 bij de afvalstoffenheffing met name door een bijdrage uit de egalisatiereserve afvalstoffenheffing en meer aansluitingen. Voor uitgebreidere informatie zie de paragraaf lokale lasten.

Analyse gemeentelijke lasten 2023

Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (Coelo) houdt jaarlijks de lokale lasten bij van alle (deel)gemeenten in Nederland. Velsen staat in 2023 op plaats 196 in de rangorde van goedkoopste gemeente voor de woonlasten voor een eigenaar/bewoner van een meerpersoonshuishouden, dit was in 2022 plaats 183. Velsen staat in 2023 op plaats 210 in de rangorde van de goedkoopste gemeente voor de netto woonlasten voor een huurder in een meerpersoonshuishouden, dit was in 2022 206. In de monitor staan de tarieven van in totaal 352 (deel)gemeenten.

Ten opzichte van vergelijkbare en omliggende gemeenten zie je dat bijna alle gemeenten in dit overzicht te maken hebben met een stijging van de woonlasten bij een meerpersoonshuishouden. De stijging is het hoogst bij de gemeente Heemskerk.

Gemeente

Woonlasten 2022 meer persoonshh

Rangnummer Coelo 2022

Woonlasten 2023 meer persoonshh

Rangnummer Coelo 2023

Velsen*

917

183

963

196

Almelo®

986

260

1011

260

Alphen aan de Rijn®

908

169

927

158

Hoorn®

867

115

914

143

Purmerend®

874

128

909

134

Venlo®

900

155

877

91

Beverwijk

821

63

840

63

Heemskerk

875

130

954

186

Haarlem

969

242

1004

253

* De lastendruk in de Coelo wijkt iets af van de lastendruk die wordt berekend bij belastingtarieven doordat de WOZ-waarde afwijkt op het tijdstip van berekening. De Coeloberekening vindt later plaats na vaststelling van de WOZ-waarde voor het nieuwe tijdvak.

De gemeentelijke lastendruk gaat in 2024 omhoog. Op basis van de tarieven 2024 is de bruto lastendruk voor 2024 voor een gemiddeld huishouden € 886.

Deze pagina is gebouwd op 02/13/2024 11:50:16 met de export van 02/13/2024 11:37:39